Mag de opleiding tussentijds een deeltijdse of duale variant starten?
Een opleiding mag lopende de accreditatietermijn van de geaccrediteerde variant (bijvoorbeeld voltijd) een nieuwe variant starten (bijvoorbeeld deeltijd, duaal).
Bij voorkeur start de nieuwe variant halverwege de termijn van zes jaar zodat bij eerstvolgende accreditatiebeoordeling de nieuwe variant op basis van gerealiseerde kwaliteit (en zo mogelijk ook het gerealiseerd eindniveau) beoordeeld kan worden.
Een start van de nieuwe variant direct na of direct voor de accreditatiebeoordeling is niet wenselijk, omdat deze in dat geval te lang niet beoordeeld wordt, respectievelijk alleen als plan kan worden beoordeeld.
De opleiding laat de nieuwe variant voorafgaand aan de start registreren in het Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs (CROHO), waardoor studenten in de nieuwe variant direct onderworpen zijn aan alle rechten en plichten die horen bij accreditatie, ook al heeft de variant op dat moment nog geen accreditatiebeoordeling ondergaan